Die-Eet.info Hypoglykemie

Wat is hypoglykemie?


Hypo betekent weinig en glykemie is suiker. Hypoglykemie betekent dus letterlijk een tekort aan suiker in je bloed (= glucose). Dit kan gebeuren bij mensen die diabetes hebben. Maar het kan gebeuren bij mensen die geen diabetes hebben. Officieel spreek je dan van functionele hypoglykemie. Voor het gemak laat ik hier het functionele meestal weg.

 

Mensen met hypoglykemie hebben eigenlijk niet een tekort aan glucose maar een teveel aan insuline, waardoor er een tekort aan suiker in je bloed ontstaat. Je zou dus kunnen zeggen dat hypoglykemie het omgekeerde is van diabetes. Vaak wordt functionele hypoglykemie gezien als een voorstadium van diabetes. Het kan iedereen overkomen dat er een tijdelijk tekort aan suiker in het bloed (= glucose) is. Maar bij mensen met hypoglykemie gebeurt het constant of zijn er sterke wisselingen in de bloedsuikerspiegel. Dus eerst is het te hoog en kort daarna te laag.

Bij iedereen (behalve bij diabetici) die suiker eet gebeurt hetzelfde. Als het glucose peil in je bloed boven een bepaald maximum komt, worden, onder invloed van verschillende hormonen, de eilandjes van Langerhans in de pancreas (ofwel alvleesklier), gestimuleerd om extra insuline te maken. Insuline zet het teveel aan glucose in het lichaam om in glycogeen. Dit is een vorm waarin de suikers bewaard kunnen worden. Als er een tekort aan glucose in het bloed dreigt gaan er weer andere hormonen aan de slag om prikkels te geven om de glycogeen weer om te zetten in glucose. Zo blijft er een goed evenwicht in het lichaam. Maar bij mensen met hypoglykemie is dat evenwicht ontregeld. Dat kan twee oorzaken hebben; of de pancreas is ontregelt of de bijnieren.

1) Een ontregeling van de pancreas komt regelmatig voor bij mensen die in het verleden veel zoetigheid of alcohol hebben genoten. De pancreas maakt veel te veel insuline, zodat er te weinig glucose in het bloed overblijft. In dit stadium ga je trillen, zweten, heb je last van duizelingen en je hebt veel behoefte aan zoetigheid om je bloedsuikerspiegel weer op te peppen. Als je dan zoetigheid eet komt er heel snel heel veel glucose in het bloed en krijgt de pancreas een seintje om weer insuline aan te maken. Door dit teveel aan insuline duikt de bloedsuikerspiegel weer onder het normale niveau. Het eten van zoetigheid (of andere snel in glucose om te zetten voedingswaar als alcohol en geraffineerde granen)geeft daarom maar een korte verlichting. Het is zaak om het eten van voedingsmiddelen die snel omzetten in suikers te stoppen om de pancreas tijd te geven om uit te rusten. Daarom kun je beter volkoren granen eten, deze worden langzamer omgezet in glucose. Ze houden de bloedsuikerspiegel binnen de normale waarden. Omdat het glucoseniveau niet boven het kritieke niveau uitstijgt waarop extra insuline wordt aangemaakt, zakt de bloedsuikerspiegel ook niet dramatisch snel. Dit is ook de reden waarom je zeker elke twee uur iets moet eten. De vertering gaat dan namelijk continu door. Er ontstaan geen schommelingen. Overigens kan ook een teveel aan vetten de bloedsuikerspiegel doen stijgen. Eiwitten hebben geen effect op de bloedsuikerhuishouding.

2) Ten tweede kan het evenwicht verstorende element in de bijnieren zitten. De bijnieren maken adrenaline aan. Dit is een stof die heel snel glycogeen kan omzetten in glucose. Dit gebeurt bijvoorbeeld als je onder stress staat of als je een buitengewone prestatie moet leveren of als je een heftige emotie als boosheid of angst hebt. Het teveel aan glucose moet weer worden weggewerkt. Dat kan bijvoorbeeld door lichamelijke inspanning. Maar bij mensen met veel stress, die de extra energie niet omzetten in lichamelijke inspanning, wordt de alvleesklier aangesproken om het teveel aan glucose weer om te zetten in glycogeen. Het mechanisme raakt op den duur van slag, met het bekende gevolg; een te lage of sterk wisselende bloedsuikerspiegel. Als je je erg gestresst voelt of je bent boos of angstig kan je het best een paar keer de trap op en af rennen en dan tot tien tellen. Door de inspanning is de glucose opgebruikt.
Als je bloedsuikerspiegel langere tijd te laag is krijg je klachten als hoofdpijn, vermoeidheid, sterk wisselende stemmingen en geïrriteerdheid.

Het is zaak voor mensen met hypoglykemie om stress, angst en boosheid te vermijden. Veel rust nemen is van groot belang Verder moeten alle stoffen die onnodige uitscheiding van glucose teweeg brengen worden vermeden. Zoetigheid, cafeïne, nicotine en alcohol zijn taboe.

Bij je huisarts kan je een verlengde glucose tolerantietest aanvragen. Daarmee kan worden aangetoond of de bloedsuikerspiegel te laag is of teveel schommelt.

 Het dieet bij hypoglykemie.

Zoetstoffen als suiker, fructose, dextrose, honing, druivensuiker, melasse, ahornsiroop moet je echt laten staan. Dit is het belangrijkste van het dieet bij hypoglykemie.
De kunstmatige zoetstoffen als candarel, sorbitol, aspartaam en dergelijke beïnvloeden de bloedsuikerspiegel niet maar passen niet in een gezond eetpatroon (ze zijn in grotere hoeveelheden schadelijk) Sommige mensen (dus niet iedereen) verdragen wel maismout-, rijstmout-, gerstemout- of rijstestroop. Wees daar echter niet al te scheutig mee want je houdt je zoetbehoefte er levend mee. Let goed op de verpakkingen; er zit in heel veel dingen suiker. Zelfs in puur en ongezoet vruchtensap mag 4% suiker worden toegevoegd. Een opschrift als " wordt uitsluitend gezoet met..." betekent niet dat er geen suiker is toegevoegd. Dat kan verborgen zitten in bijvoorbeeld een kleurstof als karamel. Lees dus altijd de verpakkingen grondig. Maar kijk bijvoorbeeld ook uit met het likken van enveloppen en postzegels. Ook daar kan suiker inzitten.

Geraffineerde graanproducten zoals wit brood, pizzadeeg, witte pasta's, witte rijst, maïzena en aardappelmeel, moet je ook laten staan. Deze producten zetten in je lichaam te snel om in suikers en ontregelen daarmee je pancreas en dus je bloedsuikerspiegel. Zilvervlies rijst, volkoren pasta's en pizza's en volkoren brood zijn wel toegestaan. Het binden van sausjes kan heel goed met arrowroot of kuzu (te koop in natuurvoedingswinkels). Kuzu is zelfs ook nog zeer goed voor je darmen.

Alcohol wordt heel snel omgezet in suikers en ontregelt daarmee je bloedsuikerspiegel. Het eerste jaar kan je beter helemaal geen alcohol drinken, daarna kan je, als je wilt, een half glaasje (witte) wijn bij het eten eens proberen.

Fruit bevat vruchtsuikers, eet daarom niet te veel fruit (maximaal twee stuks per dag) en zeker niet de hele zoete vruchten als druiven en bananen, meloenen, vijgen en dadels. Ook gedroogd fruit kan je beter even laten staan.

Roken heeft een slechte invloed op je bloedsuikerspiegel. Stoppen dus.

Koffie is niet goed onder andere vanwege de cafeïne. Daarom wordt ook zwarte (gewone) thee, cacao en cola afgeraden. (Cola was ook al vanwege het zoetmiddel afgevallen.) Ook in cafeïnevrije koffie zitten stoffen die een piek in je bloedsuikerspiegel geven! Je kunt wel mineraalwater, kruidenthee, granenkoffie drinken en (ongezoete) melk drinken.

Blik en alle andere conserven en geprepareerde voedingsmiddelen (soep uit een pakje, kant en klaar maaltijden) mijden. Er zit in de meest onverdachte producten toch vaak suiker.


Leefregels

Stap af van de drie maaltijden per dag. Zorg dat je elke twee uur wat eet, zodat je bloedsuikerspiegel niet de kans krijgt te ver te dalen. In de praktijk houdt dat in dat je altijd iets eetbaars mee moet nemen als je van huis gaat. Eet altijd meerdere dingen tegelijk,dus niet alleen rijst of alleen groenten. Dat wordt zeer snel verteerd en de in suikers omgezette voedingsmiddelen komen te snel in het bloed en veroorzaken daarmee een ontregeling van de bloedsuikerspiegel. Als je meerdere dingen tegelijk eet heeft je maag meer tijd nodig om het te verteren en komt het langzamer in je bloed.

 

Kauw goed. De spijsvertering begint immers al in de mond. Veel mensen met hypoglykemie eten veel te snel. Een hulpmiddel om langzamer te eten is om met stokjes te eten. Lezen of televisie kijken tijdens het eten is niet goed, je proeft niet goed en je gaat ongemerkt sneller eten.

Eet gevarieerd. Zorg dat je alle vitaminen, mineralen en sporenelementen binnen krijgt.

Eet vers en en zo mogelijk biologisch. Het eten van verse groenten valt te prefereren boven diepvries, vanwege de vitaminen en mineralen, maar ook vanwege de levenskracht die wel in verse maar veel minder in bewerkte producten zit. Als je budget het toelaat koop dan biologische groenten. Deze bevatten meer vitaminen, zijn lekkerder en hebben geen restjes van bestrijdingsmiddelen.

Het lijkt je misschien moeilijk om al die lekkere dingen te moeten laten staan, maar je zult zien dat als je je na maximaal 2 weken al een stuk beter voelt, je voorlopig niets anders meer wilt.
Er zijn nog genoeg lekkere dingen te maken met dat wat overblijft. En zeker wanneer je je door het dieet lekkerder gaat voelen wil je niets anders meer. Kijk bijvoorbeeld voor lekkere recepten in het kookboek.
De eerste loodjes wegen het zwaarst.

Kom je er niet uit? Vraag dan een (telefonisch) consult aan bij Sonja Edelaar: 06-44554932